Dit is het verhaal uit een klein dorpje in Twente. Een dorpje waar, net als in veel andere dorpen op het platteland, de krimp zijn intrede heeft gedaan. Al beseften de meeste inwoners dat misschien nog niet. Er waren wel tekenen, zoals de kleiner wordende klassen op school, de discussie over het wel of niet houden van een geldautomaat bij de supermarkt en een toenemende groep ouderen die vaker alleen thuis zat. Voor dagbesteding werden mensen met bus gehaald en vervoerd naar een bejaardenhuis in een naburig dorp.
Er was geen echte ontmoetingsplek voor ouderen in het dorp en dat werd door meerdere mensen als gemis ervaren. Maar daar kwam met de bouw van een nieuw buurthuis verandering in.
En zo geschiede. Twee vrijwilligers – de dierenarts en de dorpshuisdame - dienden zich aan. Vanuit hun professie “zorgen voor” gedreven. Zij ontfermden zich over de oprichting van een heuse dorpshuiskamer in de kantine van het nieuwe buurthuis. En samen met een grote groep vrijwilligers, oud en jong, werden vele koffiekannen gezet, open eettafels georganiseerd en activiteiten opgepakt met de bezoekers. Maar alleen als mensen daar zin in hadden.
Veel ouderen verheugen zich nu op deze tweewekelijkse ontmoeting. En moeten mensen van verder komen, dan is er nu ook “Taxi Piet”. Jawel, wederom een dierenarts, die mensen die anders niet kunnen komen, van huis ophaalt en weer terugbrengt.
Ondertussen zijn de dierenarts en zijn dorpshuisdame al weer vele schreden verder en druk bezig om vanuit de dorpshuiskamer een ontmoetingsplek voor het hele dorp te organiseren. Digitaal, fysiek of in wat voor vorm dan ook. Dat geeft enig doe en denkwerk, maar vooral ook heel veel plezier.
Maar daarover op 19 april meer!